vrijdag 24 mei 2013

Guiri


In Spanje worden westerse buitenlandse toeristen “GUIRIS” genoemd. Het Spaanse woord “guiri” wordt zowel voor vrouwelijke als mannelijke toeristen gebruikt. Wil je bij een volgende vakantie in Spanje deze humoristische naam verdienen dan moet je aan minimaal twee van deze voorwaarden voldoen:

·        Niet of amper de Spaanse taal beheersen;
·        Spierwitte, lichtroze of rode huid hebben;
·        Kleding in bijzondere felle kleurencombinaties dragen;
·        Denken dat alle Spanjaarden van Flamenco houden;
·        Tussen 2 en 4 uur in de middag op het strand zonnen;
·        De straten verkennen in de middagzon;
·        Denken dat alle Spanjaarden altijd “siesta” slapen;
·        Om 6 uur in de middag willen avondeten.

Oye


In de meeste Spaanstalige landen wordt de kreet ¡oye! gebruikt om iemands aandacht te trekken, het betreft de tweede persoon enkelvoud van de gebiedende wijs van het werkwoord ‘oir’ (horen). Het kan vertaald worden als: hoor eens. De formele variant voor formele situaties is:  ¡oiga!
De gebiedende wijs gebruik je in het Spaans niet alleen als een manier om een gebod of bevel uit te drukkeen maar ook voor nette verzoeken.

¡Oye! ¿Qué hora es?                    Sorry, hoe laat is het?

¡Oiga! La cuenta por favor.          Pardon, mag ik de rekening?

No sé


Het Spaanse NO SÉ kun je vertalen met ‘ik weet niet’. Maar deze combinatie gebruik je ook als een stopwoord, net zoals ‘pues’ of ‘bueno’ geeft het je even de tijd om een antwoord te bedenken als je verrast wordt met een vraag.

- ¿Cuál es tu ciudad favorita?
- Pues, bueno, no sé... Sevilla.

Depende


Het Spaanse woord DEPENDE kun je vertalen als ‘het hangt ervan af’. Het wordt ook gebruikt in combinatie met het voorzetsel ‘de’. Luister naar het lied “Depende” van de Catalaanse band Jarabe de Palo voor de juiste uitspraak van dit woord.

¿Vamos a la playa?                        Pues… depende.
¿De qué depende?                         ¡Depende del tiempo! 

Es que



In het Spaans ES QUE kun je vertalen als: ‘het is zo dat’. Het wordt gebruikt bij het geven van verklaringen zoals bijvoorbeeld als je een uitnodiging wil afslaan. Net zoals bij ‘pues’ het geeft de spreker even de tijd om antwoord te geven of in dit geval een goed excuus te bedenken.

-        ¿Vamos al cine?
-        No puedo es que... tengo mucho trabajo.

Guay



Het Spaanse woord GUAY kun je vertalen als ‘te gek’, ‘tof’, ‘cool’.  Het wordt in Spanje gebruikt voornamelijk onder een veelal jeugdige publiek. Tegenwoordig is dit woord aanzienlijk minder populair dan in de jaren tachtig en negentig. Vandaag de dag is het gebruik van dit woord af te raden vanwege zijn kinderachtige en negatieve lading. De uitdrukking ‘ir de guay’ gebruik je bijvoorbeeld om hypocriete, arrogante en oppervlakkige mensen te beschrijven.

Es una película muy guay.             Het is een toffe film.
¡Qué guay!                                   Te gek!
Miguel va de guay.                       Miguel voelt zich superieur.

O sea



Het Spaanse woord OSEA kun je vertalen als ‘oftewel’, ‘dat wil zeggen’, ‘met andere woorden’. De juiste schrijfwijze is: O SEA.  Het betreft een stopwoord die gebruikt wordt slechts bij informele gelegenheden om gebrek aan woordenschat te verdoezelen.

Ojalá



Veel woorden in het Spaans komen uit het Arabisch, het zijn vaak woorden die beginnen met ‘a’: ‘arroz’, ‘almohada’, ‘almacén’, etc. Maar ook het woord OJALÁ (InshaˈAllah) is van oorsprong een Arabisch woord. Net zoals in het Arabisch betekent dit woord ‘als God het wilt’. Spaanstalige mensen gebruiken de term OJALÁ als ze een wens willen uiten die zeer onwaarschijnlijk uit zal komen.

¡Ojalá ganemos la lotería!            Hopelijk winnen we de loterij!

Vale



Het Spaanse woord VALE kun je vertalen als ‘oké’, ‘prima’, ‘akkoord’, ‘toch’. Het wordt voornamelijk in Spanje voortdurend gebruikt als een soort stopwoord. De vragende variant ¿vale? gebruik je om te controleren of je de aandacht hebt van je gesprekspartner. De nadrukkelijke variant ¡vale! is juist een bevestiging van de voorafgaande uitspraak. Let op de uitspraak: een V wordt uitgesproken als een B.

Esta noche cenamos fuera ¿vale?             Vanavond eten we buitenshuis, oké?

¡Vale! ¿Dónde quedamos?                      Akkoord! Waar spreken we af?

Pues



Het Spaanse woord PUES kun je vertalen als ‘dan’, ‘dus’, ‘want’. Het wordt ook veelvuldig gebruikt door Spaanstalige als een stopwoord om stiltes op te vullen. Voor mensen die de Spaanse taal nog niet machtig zijn is dit een handig woord want het geef je even de tijd om na te denken wat je wil zeggen.

¿Qué quieres hacer hoy?                            Wat wil je vandaag doen?
Pues… quiero visitar el museo.                   Eh… ik wil graag naar het museum. 

Hasta luego



Spanjaarden zijn nogal langdradig als het gaat om afscheid van elkaar te nemen. De meest gebruikte uitdrukking om afscheid te nemen is “Hasta luego” dat letterlijk ‘tot straks’ betekent, ook al ben je niet van plan om diegene nog eens te gaan zien! Vaak wordt “Hasta luego” ook nog voorafgegaan door woorden als: “bueno”, “venga”, “vale”; en gevolgd door “adiós”, “nos vemos”.
Wat is jullie ervaring met het afscheid nemen in Spanje of Latijns-Amerika?
¿Tenéis alguna anécdota simpática sobre las despedidas en España y América Latina?

Mañana



¡MAÑANA MAÑANA!
Men denkt dat dit een bestaande uitdrukking in het Spaans is, maar niets is minder waar.
Bij een tegenslag of het niet nakomen van een afspraak zou een Spanjaard roepen:
¡NO PASA NADA! (niets aan de hand!)

Ahora mismo



Als je de betekenis van het Spaanse woord AHORA in het woordenboek opzoekt dan krijg je als vertaling NU. Voor Spanjaarden is echter het woord AHORA een zeer ruim begrip dat slechts ‘de intentie’ aangeeft om iets te gaan doen.
Als je wil dat iets direct gedaan wordt in Spanje, NU dus, dan kun je beter zeggen: AHORA MISMO (nu meteen).

-        ¿Me das la sal?      (mag ik het zout?)
-        Sí, ahora.               (ja, zo dadelijk) 
-        No, ahora no.        ¡AHORA MISMO!

Vamos a la playa



Het werkwoord IR in het Spaans betekent ‘gaan’. Het is ook een handig werkwoord om te vertellen wat je van plan bent om te gaan doen:

Voy a tomar un café.                      Ik ga koffie drinken.
Vas a estudiar español.                  Jij gaat Spaans leren.
Va a escribir un libro.                     Hij gaat een boek schrijven.
Vamos a la playa.                          Wij gaan naar het strand.
Váis a trabajar.                              Jullie gaan werken.
Van a ver una película.                   Zij gaan naar de film.

Wat gaan jullie doen?

¿Qué váis a hacer vosotros? 

Me gusta



GUSTAR betekent in het Spaans ‘leuk vinden’, maar ook ‘lekker vinden’ en ‘mooi vinden’! Het werkwoord GUSTAR past zich in getal aan datgene wat leuk, lekker of mooi gevonden wordt:

Me gusta el vino tinto.                  Ik vind rode wijn lekker.
Te gustan las tapas.                       Jij houdt van tapas.
Le gusta el flamenco.                    Hij houdt van Flamenco.
Nos gusta hablar español.            Wij vinden het leuk om Spaans te spreken.
Os gusta la vida en España.          Jullie houden van het leven in Spanje.
Les gusta Valencia.                        Zij vinden Valencia mooi.

Waar houden jullie van?

¿Qué os gusta a vosotros?